door: Petra van den Dolder

geen reacties

Zomervakantie 2016

Op facebook zie ik allemaal vrolijke, mooie vakantiefoto’s voorbij komen, blije kindergezichtjes, mooi weer, letterlijk geen vuiltje aan de lucht. Zo ook onze vakantie!

We komen aan in Wernigerode, Duitsland, en treffen daar een fantastisch huisje met speeltuin voor de deur. Joris rent er meteen naar toe en binnen no-time heeft hij wat vriendjes gemaakt. De tv in huis wordt niet eens opgemerkt. Joris en Karlijn vermaken zich enorm goed, spelen na het eten ’s avonds nog even buiten. Een enkele keer gaan we na het eten naar het zwembad. Om 20.00 uur liggen ze in bed. Ze slapen bij elkaar op de kamer, dus na wat geklets is het rond 20.30 uur stil. Ze slapen elke dag uit (ook fijn voor ons, zodat ook wij kunnen uitrusten, wat wij belangrijk vinden tijdens een vakantie) tot zo’n 8.00 uur.  Ik heb een paar wandelingen gepland, rond de 5 kilometer; we zijn in de Harz en de omgeving is super. We lopen uiteindelijk vier geplande wandelingen die allemaal leiden tot een mooi uitzicht. Joris geniet van het klimmen en klauteren en als Karlijn het te zwaar vindt worden (in november wordt ze twee, maar wil al wel veel zelf lopen), gaat ze bij mij in de draagzak op de rug.

Het is een heerlijke vakantie, eigenlijk veel te kort, we vinden het jammer om na 10 dagen weer naar huis te moeten. Volgend jaar weer!

Maar, om in de termen van Charles Lewinsky’s Terugkeer Ongewenst , het enige boek dat ik heb gelezen in de vakantie, te blijven: zo was het niet.

Het was zo:

Al op de heenweg, we zijn nog niet eens op de Duitse snelweg beland, begint Joris al: is het nog ver? Hoe lang moeten we nog? Vragen die hij nog minstens 60 keer zal herhalen. Dan is zelfs de Harz in Duitsland erg ver weg. De voorraad Melbatoast (want: tijdens zulke lange ritten wil ik geen suikers op de achterbank i.v.m. eerdere negatieve ervaringen) gaat er rap doorheen. Dat liever dan zeurende en krijsende kinderen. De kwart-Primatour-tablet in Joris blijkt niet bestand te zijn tegen de tablet-bewegingen; gelukkig geeft Joris zelf aan dat hij misselijk wordt en gaat de tablet weer uit. Het enige tijdverdrijf is mijn oude smartphone met daarop een waslijst aan Kinderen Voor Kinderenliedjes, Bert en Ernie cd’s en Nijntjeliedjes.

Boven verwachting komen we te vroeg aan op ons vakantiepark in Wernigerode. De pret duurt een half uur: dan mogen we in ons huisje en zijn we er meteen over eens dat het volgend jaar écht een camping wordt. Met meer buitenruimte dan een postzegel. Het is gelukkig mooi weer, dat maakt een hoop goed. Ons huisje heeft tenminste nog uitzicht op een stukje berg van de Harz. Iets verder van de weg af zie je waarschijnlijk alleen maar de zes huisjes die te dicht op jouw huisje staan en het ‘we moeten het uitzicht toch wat compenseren’ geknutselde beekje met watervalletje dat om 22.00 uur uit en om 8.00 uur weer aan gaat.

Het is zondag als we aankomen, verwachten wel eten te scoren op het park. Zeker: een zak spaghetti en een pak spaghettisaus met voorgegaard gehakt. Het restaurant is niet uitnodigend om een hapje te eten en een afhaalbistro is er niet. De spaghetti vult.

Karlijn is het meteen de eerste dag niet eens met de gifgroene kinderstoel die we gehuurd hebben en waar zij in moet zitten (geef haar eens ongelijk). Ze laat het luid en duidelijk merken. Ik ben bang dat dat een kilometer verderop te horen is. Gelukkig bedenk ik me de volgende dag dat ik een grote blauwe badhanddoek mee heb. Die leg ik erin en dan is de troon voor de koningin goed genoeg.

Op dag 2 geeft onze TomTom de geest en krijgen hem niet meer aan de praat. Gelukkig zijn we ook in het bezit van ouderwetse kaarten en doet een vooraf ingestelde route in GoogleMaps het ook offline.

Joris heeft de kwaliteit (ik moest hier even voor omdenken) dat mensen in zijn nabijheid hem goed mogen leren kennen. Oftewel: alleen spelen is hem nog nooit gelukt en zo ook deze vakantie niet. Hij maakt makkelijk contact met leeftijdsgenootjes, maar dan moeten die er wel zijn. Helaas. Op ons postzegelterrasje zijn er geen leeftijdsgenootjes waardoor wij ons beeld van vakantie (wederom) moeten bijstellen. 1-op-1-aandacht is the magic word. Zoals altijd overigens. Gaandeweg de vakantie valt het ons op hoeveel hij praat. Niet dat we dat niet eerder gemerkt hebben, maar als je met z’n vieren dag in dag uit samen bent en geen escape hebt… om stapelgek van te worden af en toe. (Omdenken: we weten áltijd wat er in zijn hoofd om gaat.)

We proberen de kinderen uit te laten slapen door ze later naar bed te doen. Ik hoor er altijd goede verhalen over. Maar als ze voor de zoveelste ochtend om uiterlijk 6.30 wakker zijn, geven we de moed op en liggen de kinderen gewoon rond 19.00 uur op bed, of zelf 17.30 uur zoals één dag.

De broodjesverkoop op het park gaat pas om 8.00 uur open. Voor de meeste vakantiegangers vast heel vroeg, maar voor ons te laat. Ik ontdek een bakkerij op 1,2 km lopen, die al vanaf 6.30 uur open is, en heb zodoende fijne ochtendwandelingen.

We maken één wandeling naar een uitzichttoren, 2 km heen en 2 km terug. Dwars door hoogtelijnen wat Joris niet kan waarderen (Karlijn zit het grootste gedeelte in de draagzak op de rug en het enige waar zij om zeurt – zo hard dat ik mijn handen voor mijn oren moet doen – is ranja en een banaan), maar ook hij belandt uiteindelijk op de toren. De terugweg gaat hem makkelijker af.

Bernd en ik houden van uitrusten tijdens een vakantie. Aangezien dat er op deze manier niet echt van komt, besluiten we een paar keer, samen met Karlijn, een middagdutje te gaan doen. Joris wil niet, dus die zetten we, pedagogisch vast heel onverantwoord, twee uur lang voor de tv. Vindt hij natuurlijk geen enkel probleem. Net zoals tv kijken als ik ’s ochtends broodjes haal en als we ’s avonds gaan koken. Of als hij gewoon weer eens teveel praat of zeurt.

Eten doen de kinderen net zo slecht als thuis (had ik anders verwacht? Nee. Gehoopt? Ja). Eén avond maak ik pannenkoeken (met meel van ‘onze’ molen; na een paar keer veel te smerige mix in de winkel te hebben gekocht, neem ik dit vaak zelf mee, evenals een fatsoenlijke koekenpan). We hebben er nog vier over, dus de kinderen eten de dag erna weer pannenkoeken, als wij genieten van heerlijke chili con carne. Eten ze in elk geval iets. Met dadelstroop, dus ook nog niet eens erg ongezond.

Over dadelstroop gesproken: áltijd heb ik last van verstopte darmen op vakantie. Ander brood, minder groente, een ijsje meer, wat de oorzaak ook is. Dus deze vakantie pak ik het anders aan: van tevoren maak ik een voorraad granola, zodat ik op vakantie maximaal één broodmaaltijd eet. Yoghurt is altijd wel ergens te koop, dus ook op vakantie eet ik ’s ochtends yoghurt met fruit en granola. Ik verdenk de kidneybonen in de wrapsaus en de chili con carne ervan dat mijn darmen zelfs op een gegeven moment wat overuren draaiden, maar verstopping heb ik niet gekend!

Op dag 7 krijg ik keelpijn, slaap ik slecht en op dag 8 ben ik ook nog eens letterlijk kotsziek. Nadat alles eruit is, is de keelpijn nog niet weg, maar ik voel me wel wat beter. Bernd besluit 1-op-2-aandacht te geven en met Joris en Karlijn op pad te gaan.

Op dag 8 heb ik nog meer keelpijn, doen mijn klieren zeer, zweet ik als een otter, en ben ik licht in mijn hoofd. De voorraad paracetamol gaat er snel doorheen. Bij de apotheek koop ik nog het sterkste spul tegen keelpijn dat ik zonder recept kan krijgen, maar helaas, het helpt niet. We vertrekken de dag erna, een dag eerder dan gepland.  De terugweg verloopt beter dan Bernd en ik hadden verwacht. Joris weet nu waarschijnlijk beter hoe lang het rijden is en als we af en toe eten op de achterbank gooien (brood, bananen, crackers) houden de kinderen zich wel koest.

We hebben, naast diverse ergernissen, natuurlijk ook veel leuke dingen meegemaakt, vooral de uitstapjes. De Brocken op (hoogste berg), kasteelbezoek, zwembad (één van de weinig zeer positieve punten van het park), luchtvaartmuseum, kabelbaan, stoomtrein, miniatuurpark. En de kinderen vonden natuurlijk de speeltuinen het leukst. En het eten van patatjes boven op de Brocken. Blijkbaar moeten wij ons idee van de ultieme vakantie nog steeds bijstellen en hebben we na vier jaren nog niet helemaal geleerd wat de ultieme vakantie met kinderen is. Volgend jaar wordt het een huurunit op een camping, dat is zeker, bij een speeltuintje. Met leeftijdsgenootjes. Nu deze camping nog vinden.

‘Terugkeer ongewenst’ van Charles Lewinsky is overigens echt een aanrader. Een semi-waargebeurd verhaal over Theresienstadt, verteld met zwarte humor. Het boeide me van begin tot eind.

20160724 vakantie Wernigerode 2016 20160724 vakantie Wernigerode 20161 20160724 vakantie Wernigerode 20162

reacties | reageren